Technische Richtlijn Ventilatie (UBA)

Op verzoek van de federale regering heeft het Umweltbundesamt een technische richtlijn gepubliceerd over ventilatie en filteren van lucht in binnenruimtes. In de inleiding wordt als reden benoemd dat het Robert-Koch-Institut (RKI) en ook de WHO heeft vastgesteld dat SARS-CoV2 ook via aerosolen overdragen wordt. Deze worden al bij rustig uitademen geproduceerd, in hogerer hoeveelheid echter bij hard spreken, roepen, zingen, sportactiviteiten of supporters-spreekkoren. In de buitenlucht worden aerosolen direct verdunt zodat het risico op besmetting zeer gering is.

  • Mechanische ventilatie moet zo worden afgesteld dat een zo hoog mogelijk percentage verse lucht en zo min mogelijk recirculatie plaats vindt. Recirculatie kan zelfs gevaarlijk zijn omdat lucht met viruspartikelen naar andere werkplekken wordt verspreid en in het verleden tot superspreading-events in bijvoorbeeld vleesverwerkende bedrijven heeft geleid (originele studie). Er wordt geadviseerd de ventilatie ofwel zo af te stellen dat geen recirculatie optreedt (100% verse lucht), of de gerecirculeerde lucht wordt behandeld met een HEPA filter van de klasse H13 of H14 waarbij de filter regelmatig onderhouden moet worden.
  • Het luchtverversingsgetal (“Luftwechselzahl”) wordt gemeten in aandeel volledige verversing per uur. Een ruimte met 50m3 luchtvolume waar per uur 50m3 lucht wordt verwisseld heeft een luchtverversingsgetal van 1. Natuurlijk geventileerde ruimtes met gesloten ramen en deuren hebben een luchtverversingsgetal tussen 0,01 en 0,3/uur, mechanische ventilatieinrichtingen staan typisch op 0,4 – 0,6/uur ingesteld.
  • Woningen: zonder bezoekers is het voldoende af en toe bij wijd geopende ramen – die bij voorkeur tegenover elkaar liggen – voor 5 minuten (winter) tot 20 minuten (zomer) te luchten. Bij aanwezigheid van veel personen en zeker als er bezoek is wordt geadviseerd tijdens het bezoek te ventileren.
  • Scholen: In elke pauze moet met wijd geopende ramen worden geventileerd. Als lesuren langer dan 45 minuten duren en/of de pauzes kort zijn (5 minuten) moet ook tijdens de les worden geventileerd. Er moet erop gelet worden dat het ventileren niet leidt tot verspreiding van mogelijk besmette aerosolen naar andere ruimtes. Als een persoon herhaaldelijk niest of hoest moet direct extra geventileerd worden.
  • mobiele HEPA-filter kunnen een extra bijdrage leveren aan het verwijderen van virusmateriaal uit de lucht, maar zijn vaak niet voldoende als enige vorm van luchtverversing. Ze zijn wel aanvullend aan te bevelen bij bijzondere drukte. Behandeling met ozone of uv-licht wordt op scholen uit veiligheidsredenen afgeraden, in een industriële omgeving kan uv-licht een rol spelen.
  • Sportruimtes: Bij lichamelijke inspanning is het aantal uitgestoten partikels verhoogd. Daarom wordt een luchtverversingsgetal van 5 of hoger aanbevolen.
  • Waar dit mogelijk is wordt geadviseerd een relatieve luchtvochtigheid tussen 40 en 60% na te streven
  • Een CO2-meter is een goede indicator in ruimtes met veel personen (zoals klaslokalen). Een waarde van boven de 1000ppm toont aan dat er zeker te weinig ventilatie plaatsvindt – waarbij er ook onder de 1000 geen gegarandeerde veiligheid bestaat.
  • Een mondkapje (mond-neus-bescherming) reduceert de uitstoot van aerosolen met virusdeeltjes en kan een aanvullende maatregel binnen een beschermingsstrategie zijn, maar alleen dan als ook voldoende wordt geventileerd.